maandag 20 juni 2011
De vis ... uhhh ... koek ... uhhh .... vakantie is op ..
Het hotel in Neapolis was eenvoudig, maar schoon en verder helemaal prima. Toen we informeerden of we in het hotel konden ontbijten, glimlachte de eigenaar ons vriendelijk toe, "natuurlijk kan dat !" en we namen plaats aan een tafeltje bij het raam. Vervolgens zien we dezelfde man op zijn brommertje naar de bakker rijden, 3 minuten later terugkerende met warme broodjes, is dat nog een service of niet ! Eind van de ochtend zijn we vertrokken, voor een 5 uur durende autorit naar Athene.
Onderweg uiteraard een paar keer gestopt en zo ook bij het restaurantje waar we de eerste dag van de vakantie een lekker gegrild visje hebben gegeten om de vakantie in te luiden. Dat doen we ook vandaag weer, maar dan om de drie weken af te sluiten. Een heerlijk visje, het smaakte super, net als de drie weken in Griekenland. Wat was het genieten !
Aan het begin van de avond waren we bij de Holiday Inn in Athene (nou ja, buiten Athene, vlakbij het vliegveld). Het zijn van die hotels waarbij je binnen eigenlijk geen idee hebt waar je bent, het kan in Amerika zijn, Frankrijk, of in dit geval Griekenland. Maar goed, de bedden liggen heerlijk en het bad was lekker. Maar qua sfeer is het gelijk afkicken dus.
Zondagochtend de vlucht weer terug, even leek het erop alsof we flink moesten bijbetalen voor onze bagage, maar gelukkig, er stond een foutje in het systeem van Transavia en we mochten 'kosteloos' verder. Eind van de middag zaten we bij onszelf thuis aan de koffie, uitkijkend op een grijs en nat Nederland ...
Gelukkig hebben we onze foto's nog :-)
zaterdag 18 juni 2011
Is driemaal dan toch scheepsrecht ?
Na ons ‘homemade’ ontbijtje in het zonnetje onder onze molen, pakken we onze spullen in, doen nog een bakje koffie en vertrekken we voor de derde keer deze week naar het museum. Het is maar goed dat het vlakbij is, anders hadden we de moed allang opgegeven. Dat geldt voor mij dan, als het aan Erik ligt, gaan we er vanmorgen helemaal niet meer langs, maar ik heb er een goed gevoel over. Drie keer is toch immers scheepsrecht ?
Als we aankomen, lijkt Erik toch gelijk te krijgen, de deur zit hermetisch gesloten. Niet voor één gat te vangen, loop ik naar het bord naast de deur en daar staat zowaar een telefoonnummer op voor informatie. Ik loop terug naar de auto om een telefoon te halen, ga weer naar de deur en toets het nummer in. Als ik verbinding wil maken, hoor ik voetstappen achter me. Een bekend gezicht, deze dame hebben we twee dagen terug (bij onze eerste poging) voor onze neus weg zich lopen (en rijden) bij het museum. Ze loopt richting de deur, zou het dan toch ? Ik ga naar haar toe en vraag of ze van het museum is. Een bezweet gezicht kijkt me puffend aan, ja, ze is van het museum en gaat het nu openen. (Het is kwart over 12!)
Ik loop lachend terug naar de auto waar Erik verbaast zit toe te kijken. Het museum is open, we kunnen naar binnen. We kopen een kaartje bij de dame en vragen naar de openingstijden en vertellen haar dat we al twee maal voor een gesloten deur stonden. Zuchtend kijkt ze ons aan, haar zwarte slierterige haar geplakt tegen haar bezwete voorhoofd. Ze heeft drie banen, ze moet hier zijn, op kantoor en ergens in Chora (allemaal wat met het museum te maken heeft blijkbaar), maar ja, ze kan zich niet in drieën delen, dus moet keuzes maken. Ze vindt het zelf ook een hele vervelende situatie, maar ja, geldgebrek bij het ministerie … Ze heeft een flesje Fanta meegenomen, maar geen flesopener, de volgende frustratie dient zich aan.
Ze herpakt zich snel en zegt ons rond te leiden, omdat alle uitleg naast de fresco’s en iconen in het Grieks staat. Een VIP behandeling ! De ruimte is niet erg groot, maar er hangen ware pareltjes. Een groot aantal (delen van) fresco’s uit kerken van Kythera. In totaal telt Kythera maar liefst 300 kerkjes! Het is allemaal familiebezit en hoe rijker de familie vroeger, hoe mooier de fresco’s waren. Soms werden er zelfs kunstenaars uit Italië gehaald om hun kerkje te verfraaien met fresco’s. (Om een mooie fresco heden ten dage te redden, zijn ze soms wel drie jaar bezig! Monnikenwerk dus.)
Het leuke is dat we de meeste kerkjes, waar hier fresco’s van hangen, wel herkennen. Ze vindt het leuk dat we echt belangstelling hebben en vertelt rustig verder. Soms even happend naar adem, want het vervullen van drie banen gaat je natuurlijk niet in je koude kleren zitten.
Naast fresco’s, ligt er ook een deel van de oude mozaïekvloer (uit de 6e eeuw!) en een aantal prachtige iconen. Eentje is een waar pronkstukje van een beeltenis van Maria, uit een huis ‘gered’ en schoongemaakt. Het werd gebruikt als snijplank voor vlees …
Na de rondleiding is nog steeds het flesje Fanta niet open. De opener is er niet en het mesje waar ze mee bezig is, is levensgevaarlijk. Uiteindelijk schiet Erik te hulp en krijgt het flesje met het mes open. Ze merkt op dat het SOMS toch wel handig is om een man in de buurt te hebben … tja …
We zijn blij dit gezien te hebben, bijna alle kerkjes op Kythera zijn gesloten en volgens mevrouw is de sleutel vaak wel ergens in de buurt, maar die moeite hebben we niet genomen. Hier hebben we in ieder geval een paar mooie kunstwerkjes gezien die gered zijn uit sommige op in storten staande kerkjes.
Wat trouwens ook nog leuk was om te zien (en dan houden we op met onze fresco-mania), is dat er hier ook een fresco hing, waarvan de gezichten eruit gehaald waren. ‘Turken’ dachten we natuurlijk meteen, maar nee hoor, de Turken hebben hier geen kans gezien om fresco’s in iconen te vernielen, omdat de Russen er waren (vraag me even niet waar die dan weer vandaan kwamen …) en die zijn zelf ook erg gelovig en stonden dus de vernielingen niet toe. Maar goed, de gezichten missen toch. Dit had te maken met strenggelovigen die stukjes van de gezichten afpeuterden, omdat deze een geneeskrachtige werking zouden hebben. Zo zie je maar, is het niet de vijand die een fresco verziekt, zijn het de gelovigen zelf wel.
Daarna rijden we richting Pitsinades om even een kijkje te nemen bij het guesthouse van Albert en Anita. We willen zeer waarschijnlijk nog wel eens terug en dan zou dit wel een goede optie zijn, ligt prachtig en zag er van een afstand mooi uit. En inderdaad, het ziet er werkelijk super uit. Als we teruggaan, is het vast hier naar toe (www.eengriekseiland.nl).
En daarna door naar Diakofti om Andreas te betalen, hier vertrekt ook de ferry vandaan, dus het ligt mooi op de route. En voor we het beseffen, rijden we de veerboot op. Het is voorbij, ons Kythera-avontuur zit erop. Maar wat een pareltje, prachteiland!
En wat schertst onze verbazing, de ‘fransoos’ zit ook op de boot. De bangige Griek die ons achterop reed naar een strandje een paar dagen terug, hebben we inmiddels ‘de fransoos’ gedoopt. Hij lijkt een beetje op de Fransman, beetje klungelig uiterlijk en hij rijdt Citroen, dat helpt hem natuurlijk ook niet. We zijn hem de afgelopen week al een aantal keren meer tegengekomen, maar dat is niet zo gek op een eiland, uiteindelijk ga je zelfs al na 6 dagen heel veel mensen herkennen.
Maar goed, eigenlijk ben ik toch wel heel nieuwsgierig naar ‘de fransoos’ en knoop een praatje met hem aan. Hij is inderdaad Grieks, woont in Athene en is daar verpleger. Hij was een weekje op vakantie in Kythera. Als we hem naar zijn ervaringen vragen, kijkt hij een beetje bozig, alle kerken zijn dicht en de musea ook, zegt hij zeer verontwaardigd! Tja … dat klopt. We vertellen hem dat we na drie pogingen toch nog het byzantijns museum gezien hebben. ‘Ja, maar er is nog een belangrijker museum in Chora, maar dat is dicht!” zegt hij nog steeds boos. Als ik hem vertel, dat dat door een aardbeving komt, dat het gebouw dusdanig beschadigd is, dat het niet meer open kan, antwoord hij met een verontwaardigde stem : ‘But that is 4 years ago ! Poverty !’ Eigenlijk toch stiekem wel leuk om te zien dat een Griek hier zich blijkbaar druk om maakt, terwijl wij, als toeristen, dit ‘gewoon’ accepteren.
Uiteindelijk hebben we een heel leuk gesprek, ook hij is gek op ‘oude zooi’ en weet de mooiste plekjes in de Peloponnesos, hij (zijn ouders) heeft er een familiehuis, waar hij regelmatig te vinden is. Hij is ook een strandliefhebber en noemt zo een aantal mooie strandjes op, die we echt gezien moeten hebben. Helaas, wij gaan morgen richting Athene … Als ik hem vraag of Athene de moeite waard is om te bekijken, moet hij wel heel diep nadenken. Uiteraard is de akropolis met het museum een MUST, maar verder zou hij zijn tijd niet verdoen aan Athene als hij ons was. Het is er vies en vuil en crimineel.
Hij reist graag naar de Griekse eilanden en als ik hem naar zijn favorieten vraag, komt gelijk Santorini boven en Corfu, dat zijn zijn favorieten. Maar dan haast hij zich om te zeggen dat eigenlijk alle Griekse eilanden mooi zijn. Toch een ware chauvinist, ondanks het gemopper op de dichte deuren in Kythera.
de ferry in Neapolis
Met nog wat tips voor onderweg (morgen naar Athene), verlaten we de ferry, de tijd is omgevlogen! Ons hotelletje is vlak na de pier en binnen 10 minuten staan we op onze sobere kamer. We beginnen ons onhandige molentje al te missen …
vrijdag 17 juni 2011
Tweede poging museum ...
Ik loop naar binnen en kom in een klein kantoortje, waar een oudere dame luidkeels zit te telefoneren. In de hoek zit een jongeman achter een computer en een jonge dame (die net voor me het gebouw binnenloopt) staat te wachten voor het buro van de oudere dame. De ruimte staat verder vol met ordners en kasten vol glazen attributen voor scheikundelessen. Ze kijken me verbaasd aan, terwijl de oudere dame vol verve blijft telefoneren.
Ik vraag de jongere dame of zij weet wanneer het museum open is of dat ze misschien weet bij welk huisje we aan moeten bellen voor de mevrouw met de sleutel. Ze kijkt me vragend aan ‘hangt er dan geen bordje met openingstijden op de deur?’, ‘jazeker ! maar daar staat op ‘daily 8.30 – 15.00’, dus ja… Ze kijkt naar de jongeman achter de computer, die het ook niet lijkt te (willen) weten. Ze zegt me even te wachten totdat de oudere dame klaar is met telefoneren. De jongere dame komt uit Delphi en is hier voor 4 jaar aangenomen als muzieklerares. Het schooljaar is afgelopen en alle leraren komen de cijfers inleveren. Haar vier jaar zitten er overigens op en ze gaat verder naar een van de eilanden op de cycladen, ze weet nog niet op welk eiland ze gestationeerd zal worden. Ze vindt het niet erg hier weg te gaan, ze zou hier niet willen blijven.
Al s de oudere dame klaar is getelefoneerd, komt er gelijk een rust over het kantoortje. Maar dat is maar voor kort, er ontstaat een hevige discussie in het Grieks over het museum. Uiteindelijk is het gezamenlijke antwoord ‘we weten het niet’. Tja, hoe leg je buitenlanders uit dat een museum op zo’n klein eiland met in deze tijd van het jaar zo weinig toeristen, heus niet elke dag opengaat, al staat dat wel op de deur. Ze raden ons aan naar Chora (de ‘hoofdstad’) te gaan en om daar te gaan klagen dat het museum al twee dagen achtereen gesloten is. Ik knik gedwee en loop weg. We zullen het morgen nog eens proberen.
We rijden naar de grot van Agia Sophia (in het zuiden, er zijn er drie met dezelfde naam). De weg erheen is prachtig, maar achter ons zien we hele donkere wolken opdoemen. Als we in de grot zijn, begint het te druppelen, het regent ! In de grot is een klein kerkje met veel mooie en ook mindermooie iconen. We kunnen hier fijn schuilen, al is dat met een auto niet echt nodig natuurlijk.
Het begint steeds harder te regenen, het is echt een flinke stortbui. Kleine riviertjes ontstaan langs de wegen, maar ja, wat wil je in deze rotsachtige omgeving ? We besluiten richting het noorden te rijden, daar zien we het lichter worden. Maar het lijkt wel alsof de wolk ons achtervolgt, overal waar we komen, gaat het even later ook regenen. Toen krijgen we het voor elkaar om in het zonnetje nog wat bezienswaardigheden te bekijken.
Daarna rijden we (onder de grote grijze wolk) naar de kust, waar het zonnetje volop schijnt en het bijna 10 graden warmer is ! Wat een temperatuursverschillen op zo’n klein eiland. We strijken neer op een prachtig strandje onder een fikse rotspartij die in de late namiddag allerlei mooie kleuren aannam. Het is hier heerlijk, het zeewater is verkoelend en het is erg rustig.
’s Avonds eten we bij Pierros in Livadi. Ons aangeraden door Anita. Bij binnenkomst mogen we gelijk mee de keuken in. Dat is toch wel erg leuk om te doen, sommige namen van gerechten zeggen ons niet veel en het opnoemen van dingen gaat vaak zo snel, dat je het eerste alweer vergeten bent als men het tweede noemt. Kijken is beter en we kiezen allemaal gerechten die we niet kennen. En het is heerlijk, Pierros is een goede gastheer en zorgt ervoor dat we niets tekort komen. Als we iets niet lekker vinden, mogen we het ‘ruilen’ voor iets anders. Dit was niet nodig, we hebben hier echt heerlijk gegeten! (Bedankt Anita !)
donderdag 16 juni 2011
What a beautiful day !
We hadden gisteren het plannetje gemaakt om vandaag naar het Byzantijns Museum te gaan, hier 5 minuten vandaan. Er schijnen zich daar prachtige dingen te bevinden, waar we benieuwd naar zijn. Maar goed, als we aankomen is het museum gesloten (het zou elke dag behalve zo en ma open moeten zijn van 8.30 – 15.00). Alsof het universum vindt dat het weer te mooi is om een museum te bezoeken. Okay, okay, we gaan al.
Uiteindelijk belanden we eind van de ochtend in Mylopotamos, een dorpje aan de westkant van het eiland. Een gezellig dorpje, kerkje, pleintje, kafeineon, typisch ‘van hier’. En ook hier weer zo’n leuk winkeltje, net even verderop. Vrouw, oorspronkelijk uit Tinos, schildert, man, oorspronkelijk uit Athene, maakt sieraden en daarnaast kopen ze nog wat andere leuke (Griekse) dingen in. Ze wonen hier nu 12 jaar, werden ooit verliefd op deze omgeving en zijn nooit meer weggegaan. Ze straalt als ze over het leven op Kythera vertelt en wij proberen er een beetje achter te komen wanneer het de beste tijd is om terug te gaan om lange wandelingen te maken (daar vinden we het nu een beetje te warm voor), maar dat valt nog niet mee. November is regenachtig, maart ook, oktober zou perfekt zijn … Pasen is het helemaal … nou ja, we zien nog wel eens. Het blijft in ieder geval erg leuk van om die enthousiaste ‘eilanders’ te ontmoeten.
Tja, en nu we hier toch zijn, ‘moeten’ we natuurlijk de kloof in. Daar schijnt het mooiste stukje Kythera te liggen, een gebied met watervallen en oude watermolens. Volgens ons wandelboekje is de tocht erheen ‘zwaar’ vanwege het klimmen, klauteren, loszittende stenen en het oversteken van beken. Nou ja, we zien wel, we kunnen altijd nog terug toch ?
En zo beginnen we onze tocht. Al na 10 minuten staan we oog in oog met de eerste waterval, wow, wat een plaatje! Prachtig helder, haast groen water, als dit de voorbode is, belooft het nog wat te worden.
We klimmen en klauteren verder, het pad is in redelijke staat, het valt eigenlijk alles mee. Het oversteken van de beek is goed te doen, al is het wel even oppassen, het is glibberig en uiteraard nat.
me tarzan ...
hier 'moeten' we de beek over, even kijken hoe we dat gaan doen ...
Geen idee meer hoe lang we er over gedaan hebben, maar uiteindelijk komen we in een gebied met ruines van watermolens, twee prachtige oude bruggen en watervalletjes. Het lijkt het paradijs wel, wat is het hier schitterend ! Wat een pareltje ! De schittering van de zon in het water, wat alle varianten van groen en blauw lijkt aan te nemen. Het gekletter van de watervallen. Het dartelen van de libelles. En dan een lekker verkoelend briesje om het zweet van het geklauter te doen drogen … Fantastisch !
Als we na een flinke klim weer boven staan, zijn we er nog stil van, niet alleen van de klim (die redelijk steil was), maar ook van het mooie wat we gezien hebben. Je hebt echt geen idee wat je te wachten staat in Kythera als je met de ferry aankomt en alleen het kale landschap achter Diakofti ziet!
In Mylopotamos duiken we gelijk het terras (stoeltjes op de stoep) op voor een ijsje. Aan de overkant wordt er flink gekibbeld tussen de eigenaresse (?) van de taverne en een oudere heer. Geen idee waar het over gaat, maar het gaat er hard aan toe. Duidelijk twee verschillende meningen en de een doet niet onder voor de ander.
Dan komt er van een afstandje een oude man aangelopen met een enorme bos bloemen in zijn handen. De romanticus van het dorp! Met z’n tandeloze ‘bekkie’ lacht hij naar me als ik een foto wil maken.
de romanticus van het dorp, later in het verhaal de 'Australier'
Uiteindelijk geeft hij de bloemen af in de taverne en gaat hij naast ons zitten op de stoep. Hij wil niet aan de overkant zitten, daar maken ze ruzie, zo vertelt hij ons in perfekt Engels. Huh ? Engels, zo’n oud baasje ? Soms kan iemand van 25 jaar oud hier nog geen woord Engels. Even later komt er iemand van de overkant (die het geruzie zat is) erbij zitten, ook hij spreekt Engels en legt uit dat het meningsverschil te doen heeft met water. Ze willen blijkbaar hogerop naar water boren en dat betekent dat er hier (lagerop) dus minder water zal zijn. Water zal best een issue zijn hier in het ’s zomers hete Kythera.
Mij verbazend over het feit dat de heren zo goed Engels spreken, schiet het me weer te binnen. Misschien mensen die ooit geëmigreerd zijn en nu teruggekeerd zijn ? Ik knoop een praatje aan en ja hoor, de oude baas met de bloemen is naar Australië gegaan en de andere in beginsel ook, maar is later doorgegaan naar Chicago. Ik vraag ze hoe oud ze waren, de ‘Amerikaan’ was 15 jaar, als jochie naar Australië met de boot, 34 dagen onderweg. Na de oorlog, er was toen niets meer hier en om uitzending naar Korea te voorkomen. De ‘Australiër’ ging met het watervliegtuig en deed er 8 dagen over. Avontuurlijke verhalen komen bij beiden boven en beiden praten ze zo door elkaar dat ik ze soms geen van beiden kan verstaan. Toen ze aankwamen viel het allemaal niet mee, ze spraken de taal niet. Overdag werkten ze in de horeca en ’s avonds gingen ze naar school. Na een half jaar spraken ze de taal perfect. Als ik naar hun vrouwen vraag, valt het gesprek even stil. Waarschijnlijk zijn hun vrouwen overleden, ik had me dat even niet gerealiseerd. De ‘Amerikaan’ vertelt wel dat hij een Bulgaarse getrouwd is die hij in Australië ontmoet heeft. De ‘Amerikaan’ verblijft jaarlijks een half jaar in Chicago (waar zijn kinderen en kleinkinderen ook wonen) en het andere half jaar in Kythera. Van de ‘Australiër’ weten we het niet, hij kwam niet altijd even goed boven de ‘Amerikaan’ uit. Hij vertelt ons wel, ‘I was born here (in Kythera) and I want to die here’. Heel bijzonder om zo een klein stukje uit een levensverhaal te horen van twee emigranten die nu dus weer regelmatig terugkeren. (En grappig om te zien hoe Amerika en Australië doorwerken in deze mensen …)
En toen was de dag weer al bijna om, geen tijd voor het strand deze keer, geeft niets, de dag was meer dan bijzonder. Het mooiste plekje van Kythera gezien (we kunnen ons niet voorstellen dat er nog mooiere plekjes zijn!) en twee aardige emigranten ontmoet die een klein stukje van hun leven met ons deelden.
Als we even later naast de molen in het zonnetje namijmeren, beseffen we dat Kythera langzamerhand onder je huid kruipt en daar waarschijnlijk nooit meer weggaat. Een ware parel !
’s Avonds eten we bij Filio, we hebben ons al aardig aangepast aan het eilandritme, we waren de tijd volledig vergeten en kwamen pas na half 10 aan. Geeft niks, zelfs toen we weggingen (rond 11 uur) kwamen er nog mensen om te eten.
Tijdens het eten werd het personeel ineens erg onrustig, ze liepen heen en weer, keken regelmatig naar boven. De andere gasten deden mee en er werd opgewonden ‘gekakeld’ in het Grieks. Dan worden we er ook bijgeroepen, er is vanavond een totale maansverduistering te zien ! En zo stonden we even later tussen de Grieken naar de maansverduistering te kijken. Bijzondere avond weer met overigens weer meer dan prima eten. Filio is een superrestaurant.
woensdag 15 juni 2011
Chora en andere dingen ...
Vandaag gaan we richting ‘het zuiden’, nu zitten we daar zelf ook, dus ver hoeven we niet. We rijden eerst naar Chora, de hoofdstad van het eiland. We moeten namelijk onze ferry tickets nog betalen, anders vervalt de reservering. Het kantoortje is niet moeilijk te vinden. Chora is niet groot en ziet er leuk uit. Overal leuke doorkijkjes, van die ‘ansichtkaartdoorkijkjes’ zeg maar. Rondom het centrale plein is het een gekrioel van auto’s, geen idee welke functie Chora precies heeft, want Livadi (zuid) en Potamos (noord) zijn de economische centra van het eiland met alle winkels die je maar nodig hebt. Het lijkt erop dat Chora een soort bestuursfunctie vervult met een rechtbank, ‘gewone’ bank, gemeentehuis, postkantoor, etc. (Hopelijk heb ik het bij het rechte eind ...).
We doen een rondje, vanaf het centrale plein kan je doorlopen naar het kasteel, wat hoog boven Chora uitsteekt. In Chora zijn er een aantal superleuke winkeltjes, van een winkeltje van iemand die zelf prachtige sieraden maakt tot Stavros, die de lokale produkten (o.a. olijfolie, honing, gebakken zoetigheden en faturada (soort likeur)) verkoopt. Met plezier laat hij ons twee soorten faturada proeven, vooral de zoete variant is erg lekker. Ook hij is trots op zijn eiland en vertelt ons over de enorme emigratiegolf naar Australië net na WOII. Hij heeft er prachtige kaarten van staan, mensen met een verwachtingsvolle, maar ook weemoedige blik in hun ogen en met de koffer in de hand, soms ook gewoon nog jonge jongens. Volgens Stavros zijn ze allemaal rijk geworden en keren velen nu terug voor een aantal maanden per jaar.
het winkeltje van Stavros, vol met lokale heerlijkheden
en uiteraard is ook de toeristische prullaria verkrijgbaar in Chora
We kijken even rond in Kapsali (de haven van Chora) en rijden daarna door naar het strandje Chalko, een soortgelijk strandje als gisteren, maar ietsje makkelijker bereikbaar (de weg erheen is beter) en er liggen grotere keien. Maar gewoon heerlijk, lekker verkoelend water en een prachtig baaitje. Super, ’s morgens wat ondernemen en dan ’s middags lekker afkoelen op een strandje, dat is het betere leven.
Op de terugweg stoppen we even bij de brug van Katouni. Hier kijken we op uit door het raampje van de badkamer en ongemerkt zijn we er al een aantal keren overheen gereden. De brug dateert uit 1826 (toen de Engelsen het eiland bestuurden) en heet ook wel de ‘brug der liefde’. De gouverneur was namelijk verliefd geworden op een meisje uit Katouni en besloot een brug in de buurt van haar huis te bouwen, zodat hij, tijdens het toezicht op de bouw, veel bij haar in de buurt kon zijn. Of de liefde wederzijds was, vertelt het verhaal niet.
dinsdag 14 juni 2011
Daar bij die molen ... die mooie molen ...
de woonkamer
de keuken
de slaapkamer op de eerste verdieping die wij gebruiken als inloopkast
de enorme grote (en zware) sleutel die toegang geeft tot de molen
(ligt in het eerste raampje naast de deur, mocht je in de buurt zijn :-))
de as van de molen die door de eerste verdieping loopt en zo enorm wrikt en
kraakt als het hard waait, zoals afgelopen zaterdag en zondag
Erik haalt 's morgens vers brood bij de bakker, terwijl ik de sinaasappeltjes pers
uitzicht vanaf binnen door de voordeur naar buiten
onze slaapkamer op de tweede en bovenste verdieping
WELTERUSTEN !!