zondag 12 juni 2011

Onze WINDmolen op Kythira

Toen we vanmorgen wakker werden in Monemvasia, voelden we al dat het een warme dag ging worden. Geen zuchtje wind en felle zon, zweten terwijl je net gedoucht hebt, dat soort werk.

Maar goed, vandaag is de dag dat we naar het eiland Kythera vertrekken, dus we genieten nog een laatste keer van ons ontbijtje bij de overbuurvrouw, pakken onze spullen in, rekenen de kamer af en rijden weg. Althans, dat was de bedoeling. De mevrouw van de receptie, reuze aardig overigens, was duidelijk verlegen om een praatje, en ach … we hebben tijd genoeg !

We vonden al dat ze té goed Engels sprak voor een Griekse, maar nu weten we daar (bijna) alles van. Haar vader Italiaans, moeder Grieks, opgegroeid in Tasmanie, daarna jaren gewerkt in Italie, maar ook in Belgie en de rest van Europa. Twee jaar geleden besloot ze dat het genoeg was, ze kende de luchthavens beter dan haar eigen huis en ‘gooide het roer om’. Ze besloot dichter bij haar ouders te gaan wonen, die tot slot van rekening ook ouder werden. Ook zij had een duidelijke mening over de huidige crisis. Griekenland had NOOIT in de euro moeten gaan, ze snapt niet dat ‘wij’ Griekenland hebben toegelaten en ze snapt al helemaal niet dat de Griekse regering dit toendertijd zo graag wilde. Ik zal jullie de uitleg besparen, alhoewel deze best interessant was. Een gemiddelde Griek verdient hier trouwens 700 á 800 euro per maand, als hij geluk heeft 900/1000 euro. Dit terwijl de kosten van levensonderhoud niet eens zoveel lager zijn dan bij ons. Benzine is bijvoorbeeld momenteel 1,70 per liter (diesel ca 1,55) en de boodschappen die wij doen in de lokale supermarkt zijn ook niet echt goedkoper dan bij ons. Maar goed, de dame van de receptie zegt, dat het leven hier ‘simpeler’ is en dat mensen daarom ook minder nodig hebben. Haar oom werkt op de Australische ambassade en die zegt dat het aantal mensen (vooral jongeren, net afgestudeerden !) die willen en gaan emigreren naar Australie weer erg hoog is, zelfs hoger dan de massale uittocht uit de jaren ’60. Dat zegt genoeg natuurlijk.

Daarnaast is de gezondheidszorg abominabel slecht. Ze zegt het mooi : “If you are ill, your life is in Gods hands, well that’s normally the case, but here in Greece it is really so ..”. Privé klinieken bieden betere zorg, maar dan heb je ‘hele diepen zakken’ nodig. Het liefst had ze terug gegaan naar Tasmanie, maar zolang haar ouders nog leven, wil ze graag hier blijven. Ook wilde ze ooit nog eens naar India, dus ja, je snapt het, de conversatie stopte nog lang niet.

Uiteindelijk verlaten we Monemvasia en gaan we op weg naar Neapolis, de havenstad van waar de ferry vertrekt naar Kythera. Onderweg veel olijfbomen, sinaasappelboomgaarden, enkele wijngaarden en een heuvelachtig gebied. Weer wel een mooi stukje Peloponnesos !

In Neapolis is het een drukte van belang. Overal een kriskras van auto’s en mensen. Bij het ferry-kantoortje betalen we eerst ons ticket (wat we thuis al gereserveerd hadden) en daarna parkeren we ons autootje om een bakje koffie te gaan halen. We zijn ruim op tijd. We zien het gekrioel eens aan, erg vermakelijk om te zien met welk gemak de Griek zijn auto midden op de weg ‘parkeert’ om even een krantje of een frappé te halen.


Wachtend op de pier op de ferry


Als we de ferry zien komen, halen we onze auto en gaan we in de rij staan op de pier. Voor we het weten staat ons autootje voorop de boot, spiegel aan spiegel met een soortgenoot. Het is druk, dit is zelfs een extra ferry die normaal niet vaart in deze tijd van het jaar. We waren er wel blij mee, anders hadden we de ochtendferry moeten nemen en dan hadden we wel ERG vroeg ons bed uitgemoeten. Maar het is pinksterweekend, dus de Grieken hebben een extra vrije dag en gaan er massaal een weekend op uit (onder andere naar Kythera dus).


Zie hem eens staan, de linkse van de twee voorop
(het lijkt wel een stelletje) is de onze
Op de boot is het een gezellige boel. Er wordt volop gekletst, gepraat, gelachen en de komboloi’s tikken wat af. Het is blijkbaar toch een stressvolle onderneming, zo’n boottocht. Wij genieten volop van dit Griekse gebrabbel om ons heen, de overtocht duurt ruim een uur en de zee is kalm. Heerlijk, zo’n zeewindje na de hitte in Monemvasia !



Als we aankomen in Diakofti is het wel even schrikken. Is dit nu het liefelijke Kythera waar iedereen zo lyrisch over is ? Het ziet er kaal, onherbergzaam en ongezellig uit ! Als we de weg volgen en even later boven Diakofti rijden en uitkijken over de zee, moeten we onze mening al een beetje bijstellen, wat een prachtig blauw/groen water en wat ruikt het hier lekker ! Alsof je continue door een heerlijke lichte parfum rijdt. Al snel wordt de omgeving groener en staan er ook bomen. De dorpjes zijn klein maar zien er allemaal wel bewoond uit, hier weinig tot geen ruines (in tegenstelling tot de Mani). Buurman Rene in Orato zei ook : ‘Kythera is een eiland wat je ontdekt door rond te lopen, niet door met de auto overheen te rijden’. Dus vooralsnog krijgt Kythera het voordeel van de twijfel.





Diakofti vanaf de veerboot


Aangekomen in Livadi is het niet moeilijk om onze accommodatie te vinden, al hebben we geen adres. We slapen namelijk in een oude, gerestaureerde windmolen! En inderdaad, het is een WINDmolen. Het waait stevig op Kythera vandaag en de molen staat flink in de wind. Op zich logisch, de molen zal inderdaad wel zo geplaatst zijn dat hij de meeste wind vangt … als we even later Andreas ontmoeten, vertelt hij dat dit de meest produktieve molen van het eiland was … mmm … hopelijk waait het morgen toch iets minder hard. Door het gewrik van de dikke houten as die door de slaapkamer loopt, lijkt het wel alsof de hele molen zucht en steunt onder deze stormachtige wind.


De molen heeft tot 70 jaar geleden produktie gedraaid, daarna is hij in verval geraakt en een aantal jaar geleden weer opgebouwd. Er heeft nog jaren een oude dame in gewoond, maar nu wordt het dus verhuurd. Het ziet er idyllisch uit, binnen heel erg leuk ingericht met oude, soms gekke, dingetjes. Het keukentje is idyllisch onhandig en de badkamertjes zijn nog idyllischer onhandig. Erik kan er niet eens in staan, dus het douchen wordt nog lachen. De sleutel van de molen is een enorm zwaar ding en er is er maar één, als we er niet zijn ligt hij in het raampje net naast de voordeur :-). Het is érrug charmant allemaal, dat wel !



We hebben twee verdiepingen, de eerste is een slaapkamer, maar het bed is niet echt een tweepersoons, het is meegebouwd in de rondingen van de molen, dus hmmm … misschien twee kinderen zou prima passen. De badkamer hier is ietsje groter dan die op de tweede verdieping (waar zelfs ik niet in kan staan), dus we besluiten dat dit onze inloopkast en badkamer verdieping wordt. De tweede verdieping heeft een grotere slaapkamer met een ‘normaal’ bed, hier gaan we dus slapen. Het is wel ‘kruipdoorsluipdoor’ om er te komen, twee enge smalle, wiebelige trappetjes, maar goed, we wilden idyllisch, nou dat hebben we gekregen hoor ! (foto’s volgen later)

Andreas geeft ons via de kaart gelijk een soort rondleiding over het eiland. Waar de stranden het mooist zijn, waar je het lekkerst kan eten (erg belangrijk !) en waar er leuke bezienswaardigheden zijn. Hij blijft maar praten, erg enthousiast over het eiland, leuk. Hij raadt ons aan om in de restaurants tussen 6 en 7 te gaan eten, want dan zijn de Grieken er nog niet en is het rustig. Dit advies slaan we dus lekker in de wind, ten eerste is het wel erg vroeg, we hebben ons dagritme hier inmiddels aardig verlegd en ten tweede vinden we het wel gezellig om tussen de Grieken te eten, daar komen we toch voor ?

Dus gaan we later die avond om kwart over negen naar het beste restaurant in Livadi e.o. (we hebben eerder nog eens geïnformeerd in het dorpje zelf en alhoewel de man van de boekenwinkel als overbuurman niet geheel onpartijdig is, geloven we hem graag). Het is nog rustig, er zitten nog maar 4 andere mensen. Maar een half uurtje later is het bal, de hele tent afgeladen. Heerlijk, lekker Grieks gekissebis om ons heen, een gezellige boel. Het is een familiebedrijf, moeder in de keuken, vader deels keuken, deels bediening en twee zonen in de bediening. De oude man/vader is er ook, maar niet erg produktief, hij zit voor de tv, doet af en toe een rondje door de zaak en kijkt goedkeurend in de rondte. De zonen hebben het hartstikke druk, twee man voor een compleet volle zaak, ze rennen heel wat af. Wij vinden dan ook eigenlijk dat ‘de oude’ ook wel eens een karafje wijn rond kan brengen, maar goed, dat is blijkbaar niet aan de orde. Uiteindelijk eten we superlekker en genieten we van het Griekse sfeertje.

We zijn inmiddels wel superbenieuwd naar het eiland. Het ‘voelt goed aan’. Beetje sfeer gesnoven in de lokale supermarkt, een bruidspaar gezien wat in de kerk trouwde tegenover de supermarkt. Dat was ook wel even schrikken trouwens, de hele familie, inclusief de bruidegom staat te wachten bij de kerk en dan komt een poosje later met veel bombarie de bruid aanrijden, op zich niets bijzonders. In Nafplion (1,5 week geleden) hetzelfde verhaal. Echter hier staan aan de zijkant van de kerk drie mannen met flinke geweren salutschoten af te vuren ! En niet zomaar een paar, een flink aantal. Ik kreeg sterk de neiging om te schuilen achter de plantenbakken. Maar omdat niemand (behalve wij) echt schrikt, nemen we maar aan dat het een plaatselijk gebruik is bij een bruiloft (en niet een jaloerse ex die de bruiloft probeert te verpesten). De bruid werd hier trouwens ook onthaald door live-muziek en een pastoor in een prachtig gewaad. Als wij de boodschapjes gedaan hebben en weer naar buiten lopen, is de dienst al begonnen. Maar niet iedereen had zin om mee naar binnen te gaan, want diverse gasten lopen nog buiten (of zelfs in en uit de kerk), apart !

O ja, en als laatste nog een komboloi-verhaaltje. Inmiddels vraag ik me af: wanneer koop je nu een komboloi ? Je ziet de meeste oude mannetjes er wel mee lopen, maar heel soms ook jongere mannen, vanmiddag nog eentje die toch echt nog geen 30 jaar was. Dus krijg je dan zo’n speeltje als je trouwt ? Als je het huis uitgaat ? Als je …. ? Het is iets om ook de stress van het bestaan een beetje te verlichten, wanneer krijg je de meeste zorgen ? Als je kinderen krijgt ? Als je …. ? We hebben echt geen idee en besluiten het aan Andreas. Een jonge vent, dus ik vraag hem of hij ook een komboloi heeft. Hij kijkt me raar aan ? Wil ik er een kopen misschien ? Nee, zeg ik, heb jij ook een komboloi ? Hij begint te lachen, nee, hij heeft geen komboloi. Dus ik leg hem mijn theorie voor, krijg je soms een komboloi mee van je vader als je het huis uitgaat als kerel ? Hij schiet weer in de lach, nu harder, nee, nee, alsjeblieft, nee, zegt hij, en hij vraagt me hoe ik hierbij kom. Als ik mijn observaties deel, weet hij te vertellen dat de komboloi iets is voor oude mannen, zodat ze iets ‘om handen’ hebben na hun pensionering, maar ook dat het een goed middel is om te stoppen met roken, je handen zijn dan met andere dingen bezig, dus geen tijd om een sigaret op te steken. We concluderen dan ook, dat de jongere mannen met een komboloi ooit rokers waren (of druk proberen deze status te bereiken)!

Dus je ziet, weer veel geleerd vandaag, op naar morgen !!


Geen opmerkingen: