|
Mr. Khan, de taxichauffeur die we al ruim 10 jaar kennen, brengt ons op de luchthaven |
Ook deze ochtend gaat de wekker weer vroeg. Stipt om half
zeven komt de altijd betrouwbare mr. Khan voorrijden om ons naar de luchthaven
te brengen. Vandaag verruilen we Calcutta voor Varanasi. We zijn gewaarschuwd,
veel mensen die we spraken vinden het er vies en druk. Het is een plek om dood
te gaan, instant Moksha, wie (als Hindoe) in Varanasi overlijdt, wordt niet
meer herboren, maar gaat direkt naar de ‘Hindoe-hemel’. De lonely planet omschrijft
de stad als volgt:
“Brace yourself. You’re about to enter one of the most blindingly colourful,
unrelentingly chaotic and unapologetically indiscreet places on earth. Varanasi
takes no prisoners. But if you’re ready for it, this may just turn out to be
your favorite stop of all.”
|
het laatste stukje naar ons guesthouse moeten we lopen, daar kunnen geen auto/s en/of tuktuks komen |
De vlucht duurt nog geen anderhalf uur. We nemen een taxi
naar ons (vooraf geboekte) guesthouse. Als we daar aankomen, wacht een
teleurstelling. Onze kamer met zicht op de Ganges heeft een ‘small problem’.
Hij heeft een andere kamer voor ons, die veel goedkoper is. Als ik vraag wat
het probleem dan is, krijgen we eigenlijk geen antwoord. Als ik vraag of we bij
de andere kamer ook zicht op de Ganges hebben, schudt hij zijn hoofd, nee,
helaas. Nou ja, het zal wel, hij laat ons de kamer zien en deze is in ieder
geval brandschoon. Het bed is groot, de kamer klein, de badkamer nog kleiner.
Ach, we zijn hier twee nachten, prima prima. Het spaart ons in ieder geval wat
roepies uit, want hier kunnen we alleen met contanten betalen en daar zijn we (heel!)
zuinig op.
|
ons guesthouse |
|
uitzicht vanaf het (openbaar) terras van ons guesthouse |
We lopen Varanasi in, het is een wirwar van kleine steegjes,
makkelijk om te verdwalen. In deze steegjes veel pelgrims, koeien, honden, geiten,
motoren en apen. Gelukkig is daar altijd de Ganges, via de ghats kan je langs
de heilige rivier lopen en zo kom je altijd weer terug bij je guesthouse. Varanasi
ruikt inderdaad niet fris, het is er niet schoon, maar dat kan erger. Het ruikt
hier voornamelijk naar ‘koeiestront’ en dat is ‘gezonde lucht’ zou oma zeggen.
We lunchen en lopen nog een eindje langs de rivier.
Bijzonder hoor, we kijken ons ogen uit in deze eeuwenoude stad. Heerlijk om in
een andere, nieuwe omgeving te zijn. Het
water heeft dit jaar heel hoog gestaan (zelfs maar een halve meter onder het
‘hoogterecord’ uit 1978) en de modder is nog niet overal van de ghats
verwijderd, er wordt nog druk aan gewerkt.
|
langs de Ganges |
Om drie uur komt de gids van Varanasi-walks ons ophalen voor
een fikse wandeling door de oude stad. Hij vertelt ons dat er duizenden
kloosters zijn, pelgrims kunnen hier verblijven, oude mensen komen er heen om
te sterven. Want dat willen ze in India het liefst, sterven in Varanasi. Er
zijn overal tempels, waar je maar kijkt, tempels, tempels en tempels en de
meeste schijn je niet eens te kunnen zien, elk huis heeft namelijk zijn eigen
privé tempel, het is werkelijk onwaarschijnlijk. Bij één van de eerste tempels
krijgen we een tika op ons voorhoofd. We gaan gezegend op pad, al krijgt Erik
al snel last van ‘joekte an z’n klei’ zoals hij het zelf (oneerbiedig!!) zegt
;-).
Na een paar uur lopen staan we bij de ‘burning ghat’, daar
waar de mensen gecremeerd worden. Er zijn er twee, in het zuiden voor de lokale
mensen van Varanasi, meer noordelijker voor de mensen van buiten de stad, dit
is de grootste. Elke dag worden er in Varanasi circa 150 tot 200 mensen
gecremeerd, dat is veel, dat is heel veel. Het gaat 24 uur per dag door. Er
gaat veel hout doorheen, een stapel hout voor een crematie kost zo’n 7 tot 8
duizend roepie, zo’n 100 tot 125 euro. We staan boven de burning ghat, beneden
ons zien we allemaal brandstapels, volgens mij wel 20 tot 30 stuks, het is al
aan het schemeren. Vanaf de zijkant kijken de koeien toe, alsof ze eerste rangs
kaarten hebben. Ze zijn hier echter vanwege de bloemoffers, die uiteindelijk in
de maag van de koe beland. Het woord ‘hel op aarde’ schiet door mijn hoofd, het
is immens, het is onvoorstelbaar, het is dat je het met je eigen ogen ziet… (hiervan
uiteraard geen foto’s).
|
het hout voor de crematies wordt hier afgewogen |
Een eindje verderop komen we in een prachtige tempel en/of
huis. Het is weer erg groot en heeft van bovenaf een prachtig uitzicht over de
Ganges. In een hoekje ligt een oude man, hij is stervende. Af en toe loopt er iemand
naar hem toe en blijft dan even bij hem zitten. We lopen stil voorbij.
Wat een indrukwekkende dag, Varanasi is anders dan ik me had
voorgesteld, maar of ik dit nu mee vindt vallen of tegen, daar ben ik nog niet
uit voor mezelf. We gaan het meemaken, eerst maar eens op tijd naar bed, morgen
om kwart over 5 worden we verwacht voor een boottochtje over de Ganges.
Hier nog wat foto's van onze eerste dag in Varanasi:
|
het is 'wedding-season', er zijn veel bruiloften in de stad... |
|
ik geef toe, beiden liggen er een beetje vreemd bij, maar beiden waren alive and kicking, zeker weten! |
|
een oude tempel, het 'heiligdom' is verderop, daar mochten we geen foto's maken |
|
paneer, the making of part 1 |
|
paneer, the making of part 2 |
|
paneer, the making of part 3 |
|
sindoor, het poeder wat de getrouwde vrouw in haar scheiding doet, ernaast de potjes waarin je de sindoor bewaard, als de man (eerder dan de vrouw) overlijdt, wordt dit potje meegecremeerd met de man |
|
boven elke deur in Varanasi een afbeelding van Ganesha |
|
Erik met Laotse, onze gids in Varanasi |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten