zondag 13 december 2015

Stomen!!

Alles moet uit, ook mijn onderbroek. Ze bindt een lendelapje voor daar waar eerst mijn onderbroek zat en bindt het op mijn rug vast. Ik moet op een stoel gaan zitten. Met de toppen van haar vingers raakt ze even zachtjes mijn kin aan, zoals mensen dat hier doen bij kleine kinderen, ze lacht naar me, alsof ik dat kleine kind ben. Ze checkt haar eigen polsslag en giet een ruime hoeveelheid olie over mijn hoofd. Voorzichtig start ze met het masseren van mijn haar en hoofdhuid.



Lila, mijn masseuse
Wat een verwennerij, we ondergaan vanmiddag een ayurvedische massage. In een soort martelkamertje worden we mateloos verwend, liters warme olie worden er gebruikt, glibberig als een aal liggen we op de massagetafel en het is fantastisch. Van hoofd naar tenen en weer terug, er wordt geen plekje overgeslagen.

de stoomcabine
Na een uur glibber ik van de massagetafel af en wordt ik naar de stoomhut geleidt. Een houten cabine met een krukje, mijn hoofd steekt er bovenuit. Het is warm, erg warm, maar raar genoeg is het wel aangenaam. Ik begin te zweten en voel het water van mijn lichaam druipen of is het toch de olie? Ik heb geen idee, maakt me ook niet uit, het voelt prima. Na een kwartier wordt het me teveel van het goede en ik vraag of ik eruit mag. Lila (want zo heet ze) opent de houten deurtjes en ik stap uit, dat is lekker, het werd toch wel heel erg heet. Mijn lichaam drupt en ze voelt mijn buik, ze lacht, het gaat prima zo vindt ze. Samen stappen we onder de douche, met een stuk zeep wast ze eerst mijn haar en daarna schrobt ze mijn rug. Dan vindt ze dat ik het zelf wel verder kan.

Als herboren zit ik even later buiten op Erik te wachten die hetzelfde ritueel ondergaat. Hij wordt gemasseerd door een man, vrouwen masseren vrouwen, mannen masseren mannen. Ook hij komt zichtbaar ontspannen aangelopen, we tekenen het gastenboek en lopen naar de receptie om af te rekenen. Mahesh staat al met zijn tuktuk én zijn brede glimlach op ons te wachten. Als we thuis afgezet worden, zakt het zonnetje al in zee.

in de tuktuk na de massage

Het was een prachtige dag vandaag, veel zon en heldere luchten en daardoor ook erg warm, maar dat zijn we ondertussen wel gewend. Vandaag hadden we een ‘vrije dag’. Vanmorgen zat ik om 7 uur al op de fiets, dan is het nog niet zo warm en ik wilde nog een keertje met zonsopkomst naar het bruggetje. Het licht is dan zo mooi! Het is rustig op de weg, het is zondagochtend en als ik langs de enorme kerk rij, is het er erg druk, de mensen niet allemaal naar binnen, ze zitten buiten op de trappen te luisteren.
 




Ik fiets richting het ‘eind’ van ons (schier)eiland. Hier staan langs de kust enorme Chinese vissersnetten, groter dan die binnen in de backwaters. Af en toe kijken de vissers of er vis in zit. Het is een hele heisa om het net uit het water te lichten, het is een erg arbeidsintensieve vismethode.



Als ik weer thuis ben is het ontbijt gebracht en genieten we op ons enorme balkon met zicht op zee van het lekkers. Wat is het hier toch genieten.  


We vullen de rest van de dag met lezen, luieren en zwemmen in zee. De Arabische zee is heerlijk, het water is warm, je hoeft niet ‘door’. Vandaag hebben we publiek, een Indiaas gezin kijkt hoe wij te water gaan.

het Indiase gezin kijkt hoe Erik te water gaat


We lunchen bij Chilliout Café, opgestart door een Fransman die hier 10 jaar geleden verzeild is geraakt, verliefd werd op een Keralaas meisje en hier nooit meer is weggegaan. Hij heeft ook Portugese roots en de menukaart is een aangename mix van Frans/Portugees/Indiaas eten.


Na onze massage, na zonsondergang wordt het slecht weer. Het bliksemt en het dondert en er volgen plensbuien. De fietsen zijn in gebruik door onze buren, helaas. We hebben geen zin om door dit noodweer helemaal naar het dorp te lopen om wat te eten. We besluiten om naar de ‘3 elephants’ te gaan, dat is hier redelijk om de hoek. Als we met de paraplu naar buiten stappen, komen juist Mahesh en Micky voorbij in de tuktuk. Ze vragen waar wij in dit rare weer naar toe gaan en ze bieden ons een lift aan naar de 3 elephants. Als we daar aankomen is alles vol, normaal zou het geen probleem zijn omdat je hier ook in de tuin kan eten, maar met dit weer lukt dat niet. We rijden door naar het dorp en zo eten we gezellig met Micky een gegrild visje.

Micky is genzeloos, hij vertelt over zijn omzwervingen over de wereld. Hij woont nu zo’n kleine 10 jaar in Cherai en heeft sinds een jaar Majo House. Dit was een oud hotel wat hij helemaal heeft gerenoveerd. In eerste instantie om er zelf te gaan wonen, maar dat mocht niet van de overheid, dus nu verhuurt hij het. Fijn voor ons, het huis is prachtig en ik kan het echt iedereen aanraden.

Hij vertelt dat hij hier de lokale ‘vechtsport’ wilde leren en in een klasje werd gestopt met kinderen. Ik weet niet hoe oud Micky is, maar zeker 55+. De kinderen praten hier redelijk goed Engels, sowieso kan in Kerala iedereen lezen en schrijven, dit in tegenstelling tot de rest van India. Een jongetje vertelt hem over de tsunami die ook hier zijn slag heeft geslagen. Drie mensen hebben de tsunami niet overleefd. Het jongetje vertelt Micky dat de zee zich terugtrok. Niemand vermoedde gevaar, iedereen ging juist het strand op om de vis van de drooggevallen zeebodem te rapen. Hij vertelt hoe ineens iedereen het in de verte hoorde bulderen en dat men toen pas begreep wat er stond te gebeuren. Zijn vader, die nog veel verder de zee in was gelopen dan hij, schreeuwde naar hem dat hij moest gaan rennen, naar de kust, naar zijn moeder. Het jongetje zet het op een lopen en net voordat hij weer bij het strand is, raakt de enorme golf hem en sleurt hem mee naar de backwaters, honderden meters landinwaarts. Als het water zakt blijkt zijn vader, als een wonder, 10 meter bij hem vandaan te liggen, beiden ongedeerd.

Na de tsunami heeft overheid enorme keien laten storten langs het strand, zo’n 2 meter hoog. Waarschijnlijk zal dit bij een volgende tsunami meer schade aanrichten dan voorkomen, de keien worden dan waarschijnlijk als tennisballen landinwaarts gesmeten, alles vernietigend wat ze tegen komen. Laten we maar hopen dat er geen volgende tsunami komt.

Micky vertelt hoe ondraaglijk heet en vochtig het wordt tijdens de moesson. Dat je het dorp niet uit kan, omdat de wegen weggespoeld zijn of in ieder geval onbegaanbaar zijn. Dat hij in het midden van de nacht een koude douche neemt, om vervolgens nat op zijn bed te gaan liggen met de fan aan. Hij vertelt dat er een schimmellaag op je kleding en schoeisel ontstaat, je veegt het er wel zo af, maar toch. Dit jaar gaat hij weg als de moesson komt, naar Bali (waar vrienden wonen), Londen (daar komt hij oorspronkelijk vandaan) of Australië (waar zijn vriendin woont), hij weet het nog niet.

Mahesh zal dan op de kleine Sindu passen. Mahesh is tuktuk-chauffeur en woont met zijn gezin midden in het dorp. Hij werkt alleen maar voor Micky, rijdt hem rond, rijdt Thea rond, brengt gasten naar de massage of naar het dorp, brengt ’s ochtends het ontbijt, anything. Een mooie man met vrolijke betrouwbare ogen. Micky had hier eerder honden, zo vertelt hij over George. Als Micky dan een aantal maanden elders was, regelde hij altijd mensen die (tegen betaling) op George pasten. Maar als hij terugkwam, vertelden ze altijd dat hij weggelopen was. Micky ging dan op zoek en heeft hem altijd nog teruggevonden, meestal op het strand, waar hij met andere honden rondliep. Toen kende hij Mahesh nog niet. Nu wel, de kleine Sindu gaat een mooi leven tegemoet.


Na het eten brengt Mahesh ons weer thuis. Wat een ongedwongen service, we genieten hier zo van, je zou hier bijna nooit meer weg willen J.

Geen opmerkingen: