Jaaaaa!!! De wind is gedraaid en dat betekent dat we nu ’s
avonds normaal op het balkon kunnen zitten (mét een windje om het dragelijk te
houden). Is dat even genieten. Hopelijk geeft het vannacht ook de nodige
verkoeling in de slaapkamer.
Vandaag zijn we ‘op pad’ geweest (tja, wanneer zijn we nu
niet ‘op pad’). Deze keer met de taxi. Op zo’n twee uur rijden liggen de
Athirappilly watervallen, het zijn niet de bekendste van Kerala, maar wel de
voor ons enige bereikbare. Andere watervallen zijn vele uren verder rijden en
dat doen we nog wel eens als we een andere keer terugkomen J.
Micky heeft een taxi voor ons geregeld en stipt op tijd
staat hij voor de deur. We rijden direkt weg, nooit gedacht dat ik nog eens zo
blij zou zijn met airco in een auto. Wat een zaligheid om voor het eerst in
drie dagen eens een ‘droog lichaam’ te hebben. Want echt, ik zweet hier zo erg,
het water gutst af en toe van mijn hoofd.
Onderweg is het leuk om te zien hoe anders Kerala is in
vergelijking met Calcutta. Veel mooie grote huizen, Kerala schijnt niet echt
armoede te kennen. Geen idee of het klopt, maar het ziet er in ieder geval goed
uit. Het is véél groener, schoner, mooier, het is niet zo druk op de weg, alles
lijkt hier beter, ha ha. Na een uurtje zien we de heuvels verschijnen, oef, wat
is het mooi hier. Als je nog veel verder doorrijdt, kom je in het theeplantage
gebied, dat schijnt ook prachtig te zijn, maar ook dat bewaren we voor een
andere keer, het is voor nu te ver.
Bij de watervallen aangekomen moeten we eerst een kaartje
kopen. Er is een tarief voor ‘volwassenen’ en ‘andere nationaliteiten’, ha ha,
wat kunnen de Indiërs toch grappig zijn. Ik vraag nog of de chauffeur ook een
kaartje voor de watervallen wil, maar hij knikt van ‘nee’, hij blijft bij zijn
auto, die hij even later in de schaduw parkeert.
We lopen richting de watervallen, onderweg zitten er heel veel
apen, ze spelen met elkaar, hangen aan elkaars staart, vlooien elkaar of kijken
naar je als je langs loopt, ze zien er schattig uit, maar later komen we nog
wel achter de werkelijkheid L.
De watervallen zijn schitterend, je hebt hier ook een
prachtig uitzicht over de groene vallei. Maar de watervallen zelf, wow, je
hoort van verre het gebulder van het water dat naar beneden klettert. Na een
fikse wandeling sta je aan de voet van de waterval, wel aan de overkant van de
rivier, maar hier waait het gewoon en af en toe wordt je hier goed nat van de
nevel.
Het is best druk, het is duidelijk een uitje om hier naar
toe te gaan, af en toe een buitenlander, maar die zijn op één hand te tellen.
Er is ook een groepje priesters naar beneden gekomen die hier allemaal even
zitten te mediteren, ja ‘even’, want 10 minuten later gaan ze allemaal weer
naar boven toe. Om overigens een half uur nadien weer naar beneden te komen.
Misschien onderdeel van hun retraite, 108 keer op en eer of zo ;-).
Het is hier werkelijk heerlijk, verkoelend windje dat van de
waterval afkomt, je kan hier lekker op een rots in de schaduw zitten en mensen
kijken. Terug naar boven willen we voorlopig niet…
Als we genoeg moed bij elkaar geraapt hebben, gaan we weer
terug naar boven. Het is best een klim in de hitte en er is niet overal
schaduw. Maar we hebben de tijd. Boven aangekomen kopen we een drankje en een
zakje nootjes. Ik heb een flesje Indiase cola, Erik een soort ‘sparkling
appelsap’. De meeste apen zijn weg,
middagdutje doen denk ik. We spotten een aap in een boom, hij zit op flinke
afstand en zit duidelijk op wacht. Ik neem wat foto’s en ik zie dat hij naar
ons kijkt, kan toeval zijn natuurlijk.
Maar nee, hij komt uit de boom naar
beneden en komt gelijk op ons af. Ik pak verschrikt mijn tas en camera beet,
waarbij hij gelijk zijn slag slaat, hij pakt mijn flesje cola. Huh? Cola? Erik
schopt het nog uit zijn klauwen, maar het is al te laat, hij gaat er vandoor
met mijn cola. Even later zie ik dat hij een gaatje in het flesje bijt en het
daarna leeg drinkt. De andere apen zijn gealarmeerd en komen op onze nootjes
af. Ik doe het restje snel in mijn tas. Dan is het flesje appelsap van Erik aan
de beurt. Erik gaat het gevecht aan met de apen en dreigt een paar keer gebeten
te worden. Ik word nissig, heb geen zin om Erik straks in het ziekenhuis op te
moeten zoeken na een apenbeet, maar Erik vertikt het om zijn appelsap op te
geven. Vooralsnog wint Erik en we lopen terug naar de ingang. Maar als je denkt
dat je gewonnen hebt, slaan ze alsnog hun slag. Vlakbij de uitgang zit een
flinke jongen te wachten, hij ziet het flesje van Erik en klimt bijna bij Erik
op zijn rug. Gelukkig geeft Erik zich gewonnen en gooit hem het flesje toe. Het
is het risico niet waard. En wij maar denken dat ze zo schattig waren…
We rijden het stuk weer terug, het valt ons op dat hier
zoveel (katholieke) kerken zijn. Volgens mij zijn er meer kerken dan tempels.
Overal flinke Mariabeelden langs de kant van de weg, de kerken zijn enorm groot
en zien er nieuw en kitscherig uit, veel neonverlichting en felle kleuren.
We zijn rond 4 uur weer thuis. Half uurtje later zitten we
op de fiets, op weg naar een ijsje. Die fietsen zijn toch wel superhandig hoor,
zal wel typisch Nederlands zijn, maar echt, geweldig.
’s Avonds pakken we weer de fiets, deze keer op weg naar
‘eten’. Het is best even link, er zit geen licht op de fiets en niet overal
staan straatlantarens. Ergo, je ziet de kuilen niet aankomen en soms zie je de
rand van het asfalt niet en die rand is op sommige plekken best hoog. Als er
een auto aankomt, heeft deze groot licht op. Je moet dan wel stoppen, want je
ziet dan echt niets meer. Als ik mopper de mopper voor de derde keer bijna
blind van mijn fiets stap, niet snappend dat ze met groot licht oprijden, zegt
Erik ‘dat doen ze, omdat er idioten zoals wij onverlicht op de weg rijden en
lopen’. O ja… da’s waar…
Maar goed, we komen heelhuids aan bij het restaurant waar
Thea en Micky (toevallig) ook zitten. Ze nodigen ons uit om samen te eten,
gezellig. De kleine Sindu (de pup) is er ook bij, ze komt bij mij op schoot en
kruipt dan gelijk naar boven om halverwege lekker in slaap te vallen. Wat
heerlijk zo’n klein warm beestje helemaal uitgeteld tegen je aan. Sindu rekt en
strekt en heeft in mij de perfekte tijdelijke moeder gevonden. Ach, ze is ook
nog zo klein, nog maar een week of 5 en verlangt natuurlijk naar wat
moederlijke aandacht en warmte. Ik ben helemaal geen hondenmens, maar dit is
‘cat-size’ en zo schattig!
Als we klaar zijn met eten, is Sindu uitgeslapen en ze klimt
verder ophoog, richting oor en haar. Oren zijn leuk om op te sabbelen en haar
is leuk om aan te kluiven en om aan te trekken. Morgen komen Micky en Thea de
kerstboom optuigen bij ons en stiekem hoop ik dat Sindu dan ook meekomt, kunnen
we nog even gezellig knuffelen en kan ik misschien eens een leuke foto maken zodat
jullie ook kunnen mee ‘ah en oh’-en.
En o ja, morgen hebben we een vrije dag… lekkerrrr….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten