maandag 21 juli 2014

Zonder tijd, tijdloos, tijdloze tijdloosheid… (19 juli)

De hele ‘vakantie’ heb ik al geen idee welke dag het is en welke datum. Een maand lang weg, dat klinkt lang, dat is lang en dat gevoel heb ik altijd gehad. Toen we er nog maar net waren leek het alsof de vakantie nog jarenlang zou duren en nu we nog maar drie dagen te gaan hebben, heb ik nog steeds datzelfde gevoel. Heerlijk.


Vandaag zitten we de hele dag aan het Pangong meer. Er is hier ‘niets’ te doen, er is alleen het meer, prima, dat is genoeg. Het Pangong meer is zo’n 150 kilometer langgerekt meer, 2/3 ervan ligt in Tibet. Na het ontbijt lijkt het zonnetje een beetje door te komen. Het heeft vannacht weer aardig geregend en gestormd. We lopen langs de oever van het meer en het is zelfs even aangenaam, het jasje kan uit, we genieten van de zon.


We lopen langs de waterkant, zitten op een steen, lezen een boek en staren naar het meer, heerlijk. We kijken hier naar hetzelfde water als waar mensen in Tibet naar kijken. Vreemd en mooi. We staren naar het water, op zoek naar een onderzeeër, want de Indiërs denken/geloven dat de Chinezen onderzeeërs in het meer hebben varen. Wie zal het zeggen. We zien geen naar boven komende pijpjes met nieuwsgierige Chinezen.


Maar hier aan het meer, zo zittend in een flauw zonnetje met af en toe een regendruppel, ervaar ik dezelfde tijdloosheid als de hele vakantie. We zitten hier de hele dag en het maakt niet uit of het 9 uur in de ochtend of 3 uur in de middag is. Het voelt hetzelfde, we genieten. Is dit ‘leven in het nu’? Waar we/ik zo naar streven? Geen idee, maar het is heerlijk.


Het zijn niet de plaatjes uit de reisgidsen die we hier zien. Het is zwaar bewolkt, af en toe een flinke druppel. Het meer toont pas zijn ware glorie bij zonneschijn, dan pas zie je alle groene en blauwe kleurschakeringen die het meer rijk is. Zo ook de bergen erom heen, zoveel kleuren grijs, bruin, geel, oranje, tonen pas hun ware rijkdom in het zonlicht. Tenminste, zo zeggen de reisgidsen. Maar is dat eigenlijk wel zo? Is het nu minder mooi dan? Welnee, het zonlicht kan dan wel dingen tevoorschijn brengen die je nu niet ziet, maar dat doen wolken ook. We genieten nu van kleuren die we niet zouden zien als het zonnetje zou schijnen. En het meer? Is helder, kalm, het kabbelt tegen de rand. De wolken weerschijnen in het water. Er lopen hier genoeg toeristen al mopperend rond, mopperend op de bewolking, wij zitten daar stilletjes aan de rand van het meer, te genieten…


Maar dan gaat het toch flink regenen,  er zitten voor ons echt grenzen aan het genieten in de regen, en we gaan terug naar onze tent. Alsof hij het aanvoelt, komt Nawang vragen of we een bakje thee willen. En zo zitten 'jut en jul' saampjes aan een warm bakkie thee in de voortent J.


Later in de middag doet Erik nog een dutje. Hij heeft meer moeite met de ijle lucht dan ik en hij heeft vannacht slecht geslapen. Alleen loop ik terug naar de waterkant. De regen is gestopt en af en toe piept de zon weer door het wolkendek. Het is er prachtig, ik huppel van steen naar steen, want ook bij mij speelt de ijle lucht parten, na 10 voetstappen voel ik mijn longen ineen krimpen. Wat een mooie stilte, je hoort alleen het kabbelen van het water. Grazende koeien volgen mij. Soms zie ik een mooie steen en ik stop ze in mijn jaszak. Het uitzicht is, alhoewel zwaarbewolkt, schitterend. Het verandert met de seconde, het verveelt nooit. Ook nu ervaar ik weer die tijdloosheid. Waarom is het zo moeilijk om dit gevoel thuis in Nederland te hebben/krijgen? Altijd maar duk, altijd maar bezig met de volgende klus, altijd maar een hoofd vol gedachtes…


Bij een paar grote stenen, leg ik mijn in het afgelopen uur gesprokkelde steentjes neer. Ze horen hier thuis, niet in Schenkeldijk.


In de verte zie ik serieuze regen aankomen, het heeft de hele middag af en toe gespikkeld, maar dat is juist lekker. Maar wat er aankomt ziet er anders uit en ik loop terug naar Erik die net ontwaakt uit zijn schoonheidsslaapje…   


Dan begint het toch te regenen, poehee. Het komt werkelijk met bakken uit de lucht. Wij kijken in onze tent angstvallig naar boven of het toch niet lekt, maar het lijkt goed te gaan. We pakken ons boek erbij en luisteren naar de regen op het tentdoek. Na een paar uurtjes is het enorm opgeklaard, de zon komt weer wat meer tevoorschijn en de uitzichten over het meer worden steeds mooier. We lopen nog een keer naar de waterkant.  Het blijft genieten van de steeds veranderende vergezichten, prachtig.


Regenboog! (Voor de kenners: het teken van Naropa)




Geen opmerkingen: